Feminisme intersectioneel islam playboy

Playboy terug naar expliciet naakt: waarom vrouwendag anno 2017 nog steeds broodnodig is

4 minutes to read
Column
Fatma Arikoglu
26/02/2017

 

Op 8 maart, internationale vrouwendag is de kans groot dat onze mainstreammedia terug bol zullen staan van dé vraag ‘Is de vrouwendag nog nodig?’. De alomtegenwoordigheid van die vraag raakt de kern van het probleem: we leven in postfeministische tijden.

Elk jaar opnieuw schotelen allerhande krantenartikels en ‘verdiepende’ actualiteitsprogramma’s ons deze vraag voor. De impliciete boodschap is dat de gelijkheid van vrouwen en mannen een feit is en vrouwenrechten ‘bij ons’ al lang zijn gerealiseerd. Dergelijke berichtgeving verbeeldt onze leefwereld als een postfeministische samenleving. Een samenleving waar ‘wij’ dagelijks de vruchten plukken van de oude feministische strijd. De grootste gemene deler van de gesprekken die daarop volgen is de bezorgdheid over de onderdrukking van vrouwen en meisjes in andere landen en van andere culturen.   

 

Playboy als postfeministisch klankbord

Een mooie illustratie van die postfeministische consensus was de uitzending van De Afspraak op de Belgische zender Canvas op 14 februari ’17. Eén van de items ging over de terugkeer van Playboy naar ‘echt expliciet naakt’. Vrouwelijk naakt dus. ‘Back to the roots zou je een beetje kunnen zeggen’, aldus de journalist. Volgens Playboy was de formule van ‘meer kledij en minder blote vrouwelijke rondingen’ een kemel van je welste. Het blad stapelde sinds die beslissing de verliezen op. De unanimiteit over die commerciële beslissing van het blad onder de deelnemers in de studio sprak boekdelen.

De seksuele objectivering van de vrouw uit commerciële overwegingen

Vooral tekenend was dat Mia Doornaert, een zelfverklaarde Belgische feministe die zich graag mengt in debatten over vrouwenrechten en de gelijkheid van vrouwen en mannen, geen enkele kritische opmerking maakte over deze seksistische boekjes. Ze sprak niet over de seksuele objectivering van de vrouw uit commerciële overwegingen. En ook de effecten van die beelden op jongeren én ouderen was geen gespreksonderwerp. Niets van dat. Meer nog, Doornaert herhaalde zelfs de oude mythe van ‘het vuile boekje dat men koopt voor de goede interviews’ en sprak vol lof over de kwaliteit ervan.

 

Postfeminisme, normaliteit en neoliberalisme

In de postfeministische consensus verbeelden commerciële media vrouwen als wezenlijk ‘bevrijd’. Vrouwen en meisjes, zo lijkt men aan te nemen, kiezen zelf om te voldoen aan allerlei schoonheidsnormen en andere stereotiepe genderrollen. Van de internalisering van een reeks seksistische ideeën in de populaire media over ‘vrouw-zijn’ en het lichaam van de vrouw lijkt geen sprake. Het zouden hooguit uitingen van zelfexpressie, empowerment en zelfbeschikking zijn. Door dit discours worden de structuren die vrouwen en meisjes pushen om te kiezen om die sexy rol op te nemen onzichtbaar.

Zelfexpressie en 'vrije keuze' als alibi voor commerciële doeleinden en uitbuiting passen binnen de hedendaagse neoliberale marktlogica van populaire media. We stellen daardoor geen vragen over het feit dat het lichaam van de vrouw voortdurend wordt geëvalueerd, onderzocht en ontleed vanuit de ‘male gaze’ die ingebakken zit in dergelijke magazines, mode en entertainment. In allerhande populaire televisieprogramma’s zoals Benelux Next Top Model en Temptation Island wordt het vrouwenlichaam opgevoerd als lustobject. De schoonheidsnormen zijn gekend en worden gretig ingezet in de neoliberale commercialisering ervan. Kritisch stilstaan bij deze rijkelijk circulerende populaire mediaboodschappen is een zeldzaamheid.

 

De zelfverbeelding van de postfeministische samenleving en ‘de ander'

Het is die commercieel aangedreven media die ons het beeld verschaffen van de ‘bevrijde vrouw’.  De ‘sexy vrouw’ is de norm, zij is waarlijk bevrijd. Het is dat beeld dat vervolgens gecontrasteerd wordt met het beeld van ‘de ander’ in casu ‘de moslim’. Het is die neoliberale verbeelding die niet alleen de normen dicteert voor alle vrouwen, maar sommige vrouwen ook nog eens afzondert en neerzet als niet bevrijd, als niet normaal en per definitie onderdrukt. Zij zijn schijnbaar geen deel van onze samenleving.     

We leven niet in een feministisch paradijs

Een illustratie hiervan is het Playboy-item in De Afspraak waar als afsluiter foto’s passeren van bekende naakte vrouwen en een compositie met naakt die het Laatste Avondmaal nabootst. Kunst, noemt de voormalige hoofdredacteur van P-magazine het. Waarop Doornaert opmerkt dat ze dat ‘met de islam niet zouden durven’. Vanuit die postfeministische consensus zet men quasi automatisch de spotlichten op de ‘de ander’; enkel zij moeten nog gered en geëmancipeerd worden.

De Playboy wordt door de gehele interventie van Doornaert impliciet een soort symbool voor de bevrijding van de vrouw. Bloot staat voor bevrijding, bedekking voor onderdrukking. Telkens opnieuw datzelfde patroon. Enkel ‘de ander’ is nog seksistisch, enkel ‘de moslim’ onderdrukt nog de vrouw.

De zelfverbeelding van de postfeministische samenleving strookt echter niet met de realiteit. We leven niet in een feministisch paradijs. Kijken we naar de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt, dan zien we dat vrouwen anno 2017 20% minder verdienen dan mannen. In Nederland was dat verschil in 2016 17,6%. Vrouwen nemen meer onbetaalde arbeid zoals zorgtaken op en komen daardoor zelden aan de vereiste loopbaan voor het recht op een volwaardig pensioen.

70% van de Belgische vrouwen jonger dan 35 jaar kreeg te maken met seksueel ongewenst gedrag

Specifieke groepen vrouwen zoals vrouwen met een migratieachtergrond hebben het nóg moeilijker op de betaalde arbeidsmarkt omwille van discriminatie op basis van taal, etniciteit of religie en de combinatie van deze factoren. 70% van de Belgische vrouwen jonger dan 35 jaar kreeg te maken met seksueel ongewenst gedrag. In België is één op zeven vrouwen slachtoffer van ernstig geweld binnen het gezin en 8% van de vrouwen verklaarde ooit slachtoffer te zijn geweest van fysiek en seksueel geweld. 

 

Postfeminisme en de vrouwendag

De postfeministische consensus verkoopt dus niet alleen onderdrukking en uitbuiting als vrijheid, ze verdonkermaant de harde realiteit van structurele ongelijkheid. Postfeminisme maakt blind voor de flagrante ongelijkheid tussen vrouwen en mannen én tussen vrouwen of mannen onderling. Het maakt ons blind voor de economische machtsstructuren die ongelijkheid produceren en het fungeert als een alibi om ‘de ander’ te viseren als zijnde onaangepast en onderdrukkend.

Postfeminisme normaliseert niet alleen de ongelijkheid tussen man en vrouw als ‘vrije keuze’, het werkt ook seksisme én racisme in de hand. Net die postfeministische consensus toont aan dat vrouwendag en feminisme meer dan nodig zijn. Afspraak op 8 maart.