Speechende Luis Carlos Galán

Geen angst voor Escobar

Luis Carlos Galán als publieke intellectueel en de daarbij behorende retoriek

26 minutes to read
Paper
G. H.
02/12/2016

 

Paper over de retorische vaardigheden van Luis Carlos Galán en zijn positie als publieke intellectueel in het door Pablo Escobar verscheurde Colombia van de jaren tachtig en negentig.

 

Een onderbelichte volksheld

In 2014 zag ik op televisie een aflevering van VPRO Speeches. In de betreffende aflevering werd ingegaan op Luis Carlos Galán, dé presidentskandidaat van Colombia eind jaren tachtig van de vorige eeuw. Hij wist het volk van dit door geweld verscheurde Zuid-Amerikaanse land te inspireren en iets van haar gekrenkte trots terug te geven. Hij speechte vol vuur en wist met zijn onbegrensde overtuiging Colombia écht te veranderen. Zijn inspirerende voorkomen en zijn krachtige speeches zorgden ervoor dat ik meteen onder de indruk was. Hij pakte mijn aandacht en wist deze niet meer los te laten. Dit was iemand die Colombia ten koste van alles moest en zou veranderen. Iemand die opkwam voor zijn volk en niet zou stoppen totdat corruptie en geweld volledig waren uitgebannen. Wat mij verder fascineert is dat hij relatief onderbelicht is gebleven en bij veel mensen onbekend is, terwijl hij een niet mis te verstane rol heeft vervuld voor Colombia tegen het einde van de vorige eeuw. In deze paper wordt dieper ingegaan op zijn rol in het publieke debat. Op welke manier maakt Luis Carlos Galán gebruik van retorische vaardigheden? En is Luis Carlos Galán een publieke intellectueel? 

Tijdens mijn vooronderzoek viel op dat er weinig informatie over Luis Carlos Galán (online en offline) beschikbaar is. Het beeld van Colombia in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw, wordt in de literatuur én in de beeldcultuur gedomineerd door drugsbaron Pablo Escobar. Het aantal biografieën en andersoortige literatuur over Escobar en diens Medellínkartel lijkt ogenschijnlijk onuitputtelijk. Ook op beeld zijn vele documentaires, films en recente hitseries als Narcos (2015) primair toegespitst op de drugsbaron.

Om Galán zo goed mogelijk te plaatsen in de Colombiaanse politieke en culturele context raadpleeg ik hoofdzakelijk de online databanken (archieven) van enkele grote (inter)nationale dagbladen: The Guardian, The New York Times en NRC Handelsblad. E-research heeft mij verder geleid naar enkele artikelen van journalist en schrijver Craig Corbett bij Colombia Reports. Op YouTube en via VPRO Speeches (2014) verricht ik etnografisch veldonderzoek met de nadruk op visuele cultuur. 

Om Galáns functie in het publieke debat te analyseren onderzoek ik twee van zijn speeches. Het betreft toespraken in het kader van de Colombiaanse presidentsverkiezingen in 1989. De eerste speech is zijn meest befaamde voordracht. Deze wordt ook aangehaald in VPRO Speeches (in deze documentaire zijn delen ondertiteld). De tweede speech gaf hij eind jaren tachtig op het Liberale partijcongres. Van de eerste speech zijn slechts delen beschikbaar, zijn tweede voordracht is volledig online te bekijken

Bij het analyseren van Galáns retorische vaardigheden gebruik ik Sam Leith's handboek You talkin’ to me? Rhetoric form Aristotle to Obama (2012), waarin hij uitgebreid ingaat op het gebruik van retorische technieken. Om uit te zoeken vanuit welke publieke positie Galán het publieke debat heeft beïnvloed, bestudeer ik in hoeverre hij voldoet aan de voorwaarden van een publieke intellectueel. Hiervoor hanteer ik het boek Writers as Public Intellectuals: Literature, Celebrity, Democracy (2015), door Odile Heynders. 

 

De opkomst en ondergang van Galán

In deze eerste paragraaf wordt ingegaan op Galáns leven en het sociale, politieke en culturele debat waarin hij zich bewoog. Dit onderdeel is cruciaal om hem en zijn retoriek en boodschap goed te kunnen plaatsen in het Colombia van de laatste twee decennia van de vorige eeuw. Om deze reden wordt hier uitgebreid aandacht aan besteed. Vervolgens wordt zijn manier van speechen ontleed. Hierna wordt geanalyseerd of Galán een publieke intellectueel is. Allereerst een korte biografie van de hoofdpersoon.

Luis Carlos Galán. 

Naam: Luis Carlos Galán
Geboren: 29 september 1943, Bucaramanga, Colombia
Overleden: 18 augustus 1989 (op 45-jarige leeftijd), Bogotá, Colombia
Politiek: Liberale Partij, Nieuw Liberalisme
1960 – 1965 Bachelor en Doctoraat in Rechten en Economie, Universiteit van Bogotá
1965 – 1969: Journalist bij dagblad El Tiempo
1970 – 1972: Minister van Onderwijs (op slechts 27-jarige leeftijd)
1972 – 1975: Colombiaans ambassadeur in Italië 
1974 – 1976: Colombiaans vertegenwoordiger bij de Verenigde Naties (VN)
1976 – 1977: Eindredacteur weekblad Nueva Frontera, assistent directeur El Tiempo en columnist bij de bladen El Colombiano en Vanguardia Liberal
1978 – 1989: Senator en presidentskandidaat Colombia

 

Een veelbelovend politiek talent

Luis Carlos Galán (1943) groeit op in de Colombiaanse stad Bucaramanga, op circa 400 kilometer van de hoofdstad Bogota. Als kind van hoogopgeleide ouders – zijn vader was directeur van oliebedrijf Ecopetrol, zijn moeder had connecties met voormalig president Eduardo Santos en met dichter en politicus Jorge Gaitan – wekt het weinig verbazing dat Galán al op jonge leeftijd politiek betrokken raakt. Reeds op achtjarige leeftijd neemt hij deel aan een demonstratie tegen de conservatieve president Laureano Gomez. Op zijn veertiende brengt hij een dag in de cel door, omdat hij, als onderdeel van een studentenprotest, ageert tegen het militaire regime van Gustavo Rojas Pinilla (Bedoya, 2014; Corbett, 2014).

Begin jaren zestig richt Galán, destijds studerend aan de (conservatieve) universiteit van Bogota, het liberale tijdschrift Vertice op. In deze periode sluit hij zich eveneens aan bij de Liberale Partij. Hij krijgt het onder andere voor elkaar ruim tweeduizend studenten te mobiliseren om de campagne van presidentskandidaat Carlos Lleras te steunen. Hierdoor komt hij in contact met laatstgenoemde, én met de invloedrijke Colombiaan Eduardo Santos, eigenaar van dagblad El Tiempo (en eveneens ex-liberaal president). Na zijn afstuderen in 1965 is hij enkele jaren zeer succesvol actief als journalist bij deze krant. Hierna gaat hij zich steeds meer toeleggen op de politiek. Hij klimt snel op op de politieke ladder en wordt onder meer de jongste Minister van Onderwijs ooit in zijn land en Colombiaans ambassadeur in Italië (Bedoya, 2014; Corbett, 2014).

Galán ontvangt zijn bachelordiploma Rechten en Economie aan de universiteit van Bogota.

Nieuw Liberalisme als hét middel tegen corruptie

Wanneer hij midden jaren zeventig terugkeert uit Zuid-Europa pakt hij zijn journalistieke werkzaamheden echter weer op. Galán merkt dat de cultuur en politiek in zijn land alsmaar meer worden vergiftigt door het toegenomen drugsverkeer. Zo publiceert hij in 1977 een artikel waarin hij schrijft over de afbrokkelende Colombiaanse moraal, normen en waarden. Corruptie en criminaliteit vieren hoogtijdagen. Galán besluit hierop dat hij meer invloed wil uitoefenen in de publieke sfeer en wordt in 1979 gekozen tot senator. Vanaf dat moment gaat hij zich volledig richten op de politiek. Daarbij constateert hij al snel dat het huidige politieke systeem (lees: de elite) niet in staat is de geconstateerde problemen adequaat aan te pakken. Daarom besluit hij later dat jaar een nieuwe partij op te richten: Nieuw Liberalisme (AP, 1982).

Galáns visie en retorica spreken vooral intellectuelen en jongeren erg aan.

Zijn focus ligt vooral op het moderniseren - verbeteren van buitenlandse betrekkingen, meer sociale gelijkheid en economische groei en politieke betrokkenheid bij het volk stimuleren - van het Zuid-Amerikaanse land, en op het tegengaan van de diepgewortelde corruptie waar tot dan toe sprake van is (Corbett, 2014). Galán eindigt als vierde en laatste in de verkiezingen met 11.5% van de stemmen (AP, 1982). Ondanks dat de verkiezingen nog te vroeg komen voor de relatief jonge Galán, blijft zijn politieke talent niet onopgemerkt. Volgens the New York Times spreken zijn visie en retorica vooral intellectuelen en jongeren erg aan: ‘’Mr. Galan […] has attracted a large following among the young, who normally do not vote, and among professionals, especially in Bogota. They are attracted by his image as a crusader out to clean up the country's rampant corruption’’ (Schumacher, 1982).

Puissant rijke Escobar verdeelt en heerst

Bij de presidentsverkiezingen van 1984 ontstaat op de liberale vleugel vervolgens een strijd tussen de jonge Galán en de ervaren 67-jarige oud-president Alfonso Lopez Michelsen van de Liberale Partij (Schumacher, 1982). Deze onrust in het liberale kamp zou uiteindelijk leiden tot een overwinning voor de conservatieven. In 1986 stapt Nieuw Liberalisme uit de voorverkiezingen vanwege tegenvallende resultaten in de gemeenteraadsverkiezingen, én omdat Galán de Liberale Partij de ruimte wil geven aan de macht te komen. Hiermee toont hij aan dat hij geleerd heeft van het verleden (Corbett, 2014). De 64-jarige Liberaal Virgilio Barco Vargas wint de verkiezingen. Hij staat voor de zware taak af te rekenen met de dan flink gegroeide werkeloosheid en de daaraan gelieerde opkomst van de grootschalige drugshandel. Dit heeft geleid tot een broeinest van landelijke conflicten, verder toenemende corruptie en veelvuldige schendingen van mensenrechten (Riding, 1986). Deze neerwaartse spiraal is terug te leiden tot één man, de leider van het grootste, en tot op de dag van vandaag beruchte Medellínkartel: de dan 37-jarige Pablo Escobar.

Pablo Escobar: de bekendste drugbaron die de wereld ooit gekend heeft, houdt Colombia ruim twee decennia in zijn gewelddadige machtsgreep. 

Escobar bouwt zijn imperium op in Colombia in de jaren zeventig en tachtig. Aanvankelijk geniet hij enige populariteit onder het volk, omdat hij zijn kapitaal, als een zelf verklaarde Robin Hood, verdeelt onder de armen (Harvey, 2015). Om meer (politieke) macht te vergaren probeert hij in 1982 te infiltreren binnen Galáns Nieuw Liberalisme. Galán is hier niet van gediend en serveert hem voor een vijfduizend man groot publiek finaal af (Stone, 1997). Escobar is in zijn trots gekrenkt. Vanaf dan laat hij de politiek links liggen. Midden en eind jaren tachtig viert hij vervolgens zijn hoogtijdagen als drugsbaron. In deze periode bezit zijn kartel 80% van de wereldwijde cocaïnemarkt en is hij een van de meest gevreesde mannen van Zuid-Amerika. Zijn voornaamste afzetmarkt is de VS. Het gevolg is dat Escobars Medellínkartel miljarden verdient. Tijdschrift Forbes plaatst Escobar in 1989 op de zevende plek op de ranglijst van rijkste mensen ter wereld (Goni, 2009). Escobars zoon, Sebastián Marroquín (eigenlijke naam: Juan Pablo Escobar), beschrijft zijn exorbitante en onorthodoxe jeugd als volgt tegenover the Guardian: "Father picked out animals to buy from National Geographic magazine. It was my backyard, a 3,500-hectare backyard with elephants and giraffes. But the other parents at school were too terrified to let my classmates come to visit me." (Goni, 2009).  

Deze angst blijkt niet ongegrond. Tegen het einde van de jaren tachtig is Escobar mede verantwoordelijk voor een exponentiële toename van extreem geweld en bloedvergieten binnen Colombia. Naast de concurrerende drugskartels van Medellín en Calí die elkaar uitmoorden om de machtspositie te heroveren, worden op wekelijkse basis rechters, journalisten, politici, senatoren en andere (belangrijke) publieke figuren vermoord (Corbett, 2014). De drugskartels dulden geen enkel weerwoord. Het Medellínkartel zou uiteindelijk de meeste macht naar zich toetrekken. Escobars kartel is in deze periode onder andere verantwoordelijk voor (bom)aanslagen op het onderkomen van de geheime dienst (DAS), op het dagblad El Espectador en op een passagiersvliegtuig. De Colombiaanse regering zet vervolgens een prijs van omgerekend circa vijf miljoen euro op het hoofd van Escobar (Abbing & Haenen, 1993).

De restanten van het uit in 1989 uit de lucht geschoten passagiersvliegtuig van vliegtuigmaatschappij Avianca. 

Trots als wapen tegen geweld

In 1988 besluit Galán de onenigheid binnen het liberale front bij te leggen. In het verdeelde en alsmaar criminelere Colombia kiest hij voor vereniging. Hij keert terug naar de Liberale Partij, waar hij in juli 1989 dé Liberale presidentskandidaat wordt voor de verkiezingen van 1990. Zijn belangrijkste partijpunten: het sluiten van een uitleveringsverdrag met de VS en de complete uitbanning van criminaliteit, geweld en corruptie (Corbett, 2014). Vooral het uitleveringsverdrag stuit op veel weerstand van de kartels. In Amerika krijgen de kartelleden, in tegenstelling tot hoe het er in de corrupte Colombiaanse gevangenissen aan toe gaat, immers geen voorkeursbehandeling meer (BBC, 2015). Bovenal wil Galán de inwoners van Colombia weer trots maken op hun land. Tegen de achtergrond van dit gewelddadige, van corruptie doordrenkte (politieke) landschap gebruikt Galán zijn retorische vaardigheden om zijn boodschap van nationale trots en hoop op een betere toekomst over te brengen.

Vlak nadat Galán verkozen wordt op het congres in 1989, ontvangt ook hij zijn eerste doodsbedreigingen (Corbett, 2014). Dit komt niet als een complete verrassing. Reeds in 1984 werd advocaat en politicus bij het Nieuw Liberalisme Rodrigo Lara vermoord, toen zijn auto onder vuur werd genomen door meerdere machinegeweren. Lara stond net als Galán bekend als een fel tegenstander van de kartels (Goni, 2009). Desalniettemin gaat Galán, vanaf dat moment bijgestaan door persoonlijke bewaking, door met zijn strijd. Met succes: zijn populariteit stijgt in rap tempo. Binnen afzienbare tijd staat hij bovenaan in de peilingen, met liefst 60% van de stemmen (Corbett, 2014). Ondanks vele doodsbedreigingen en mislukte aanslagen op zijn leven, blijft Galán zich presenteren als de stem van het volk. 

Galán betreedt het podium tijdens een rally in Soacha, een buitenwijk van Bogota.

Midden augustus 1989 nadert de verkiezingscampagne van Galán zijn einde. Een van zijn laatste publieke optredens staat gepland in Soacha, een buitenwijk van Bogota. Nadat hij op 4 augustus van dat jaar al ternauwernood aan een aanslag met een raketwerper is ontsnapt, en zijn beveiligingsteam aanwijzingen heeft dat er in Soacha opnieuw een aanslag gepland staat, raden zij Galán af nog publiekelijk op te treden. Hij weigert. Galán wil zich niet af laten schrikken door terreur (Corbett, 2014). Dit zou een fatale keuze blijken. Wanneer hij de betreffende avond, op 18 augustus 1989, het podium op loopt, bijgestaan door liefst achttien bodyguards, wordt hij van meerdere kanten beschoten met machinegeweren (Stone, 1997). Circa 10.000 toeschouwers en miljoenen tv kijkers - het evenement wordt live uitgezonden op de Colombiaanse televisie - zijn getuige van de aanslag. Op weg naar het ziekenhuis overlijdt hij aan zijn verwondingen (Corbett, 2014).
 

Beelden van de fatale aanslag op Galán.

De ironie van het lot wil dat hij die alles op alles zette om zijn land te bevrijden, uiteindelijk zelf van zijn vrijheid beroofd wordt. Het land is in shock. De regering besluit als reactie op de moordaanslag tot een grootschalig offensief tegen het Medellínkartel (Abbing & Haenen, 1993). Diens leiders worden vervolgens steeds verder in het nauw gedreven. De gedachte gearresteerd en uitgeleverd te worden aan de VS, en daarmee afscheid te moeten nemen van alle verkregen rijkdom en macht, zou uiteindelijk leiden tot nog meer geweld. Vlak na Galáns dood, wanneer het tegenoffensief in gang is gezet, worden onder andere de politiechef van Medellín, een rechter en twee regeringsleiders vermoord (Corbett, 2014).  

Gevolgen van Galáns dood

Het is tot op de dag van vandaag nog steeds niet duidelijk wie de aanslag op het leven van Galán gepleegd heeft. Dat het Medellínkartel van Escobar verantwoordelijk is, lijkt desalniettemin een zekerheid. In 1996 wordt Jhon Jairo Velasquez (alias Popeye), het befaamde hoofd van Escobars huurmoordenaars, veroordeeld voor (het beramen, en opdracht geven van) de aanslag. Daarnaast zou hij nog drieduizend opdrachten tot moord verstrekt hebben, én zelf circa driehonderd mensen (inclusief zijn eigen vrouw) hebben omgelegd (AP, 2014). Ook wordt Miguel Maza, in 1989 het hoofd van de Colombiaanse veiligheidsdienst, in 2013 opgepakt omdat hij nalatig gehandeld zou hebben betreffende Galáns beveiliging op de dag van de aanslag (AP, 2015).

Na de dodelijke aanslag op Galán wint de Liberale Partij de verkiezingen. Nummer twee op de lijst, Cesar Gaviria wordt - tot groot ongenoegen van Escobar - president. Om verder bloedvergieten te voorkomen sluit hij een deal met de drugsbaron: Escobar mag in een gevangenis naar keuze zijn straf uitzitten. Het gevolg is dat hij ruim een jaar lang zijn drugsimperium voort blijft zetten. Nadat hij in 1992, paranoïde als hij is geworden, besluit te ontsnappen, is hij ruim zestien maanden zoek (Abbing & Haenen, 1993). In deze periode worden duizenden kartelleiders, drugskoeriers, (huur)moordenaars en andere betrokkenen opgejaagd, opgepakt en/of vermoord (Corbett, 2014). Ook Escobar zou uiteindelijk niet ontsnappen aan de ingezette klopjacht. Hij vindt op 2 december 1993 zijn roemloze einde op het dak van een huis in Medellín, wanneer hij het wetteloze militaire doodseskader van de Colombiaanse veiligheidsdiensten probeert te ontvluchten (Abbing & Haenen, 1993; Goni, 2009). 

Pablo Escobar vindt na jarenlang bloedvergieten zijn roemloze einde op het dak van een huis in Medellin. 

Colombia heden tegen dage

Galáns lef om de felle strijd aan te gaan tegen de kartels blijkt niet voor niets te zijn geweest. De invloed die hij heeft gehad op de geschiedenis van zijn land dient dan ook niet onderschat te worden. Hij heeft het Zuid-Amerikaanse land iets van haar trots en zelfbewustzijn teruggegeven. In navolging van zijn dood wordt in 1997 alsnog het uitleveringsverdrag met de VS gesloten (BBC, 2015). Dit zou het geweld niet volledig doen afnemen. Wel is Colombia, na een piek in het begin van de jaren 90, minder gewelddadig geworden. Zo is het aantal moorden in Medellín tussen 1990 en 2008 gedaald van ruim 6500 naar ruim 1000 op jaarbasis. Toch blijven armoede, drugshandel en daaraan gelieerd geweld tot op de dag van vandaag een relevant probleem voor het Zuid-Amerikaanse land (NRC, 2009).

In Colombia refereert enkel nog een buste in zijn Colombiaanse geboortestad Bucaramanga, nabij het Colombiaanse Andesgebergte, aan Galán. Verder blijft hij, in veel mindere mate dan tijdgenoot Escobar, voortleven in de populaire cultuur. In recente series hit series als Narcos (2015) en Pablo Escobar, The Drug Lord  (2012) wordt ook de rol van Galán aangestipt. Daarnaast zijn er in Colombia nog diverse souvenirs te vinden waar Galáns charismatische gezicht pontificaal op staat weergeven. Daarbij vaak vergezeld met de tekst ‘’La libertad nunca muere’’: de vrijheid zal nooit sterven.
 

Galáns Retorische Vaardigheden

In het publieke debat maakte Galán veelvuldig gebruik van speeches om zijn boodschap voor een beter Colombia over te brengen. In dit tweede deel van de paper wordt ingegaan op hoe hij deze retorische vaardigheden inzet. Deze analyse wordt uitgevoerd aan de hand van Sam Leiths You talkin’ to me? (2012). Hierin omschrijft Leith retorica als volgt: ‘’Rhetoric is […] the art of persuasion: the attempt by one human being to influence another in words’’ (Leith, 2012, p. 1). Deze retorische vaardigheden worden ingezet om iemand door middel van taal te overtuigen van zijn of haar ‘waarheid’. Retorica draait ook om kennis. Hoe meer kennis iemand immers heeft van een specifiek onderwerp, hoe makkelijker het wordt de ander te overtuigen (p. 2). Dit gebeurt door middel van het gebruiken van technisch aan te leren technieken (p. 28). Hier zit volgens de door Leith aangehaalde filosoof Plato ook het pijnpunt van retorica. Mensen kunnen makkelijk en snel beïnvloed worden door de spreker, waarbij rationaliteit soms ver te zoeken lijkt (p. 15). Leith bespreekt in zijn boek vijf retorische vaardigheden. Hieronder wordt ingegaan op deze methodiek, en wordt onderzocht in hoeverre Galán deze technieken toepast. 
 

Enkele fragmenten uit Galáns bekendste speech (Engels ondertiteld).

Het eerste wat opvalt bij de speeches van Galán, is zijn enorme bevlogenheid en de daadkracht en het enthousiasme waarmee hij spreekt. Hij lijkt niet te speechen omdat het kan, maar omdat het moet. Het is zijn gevoel dat hem ertoe dwingt zich te representeren als de stem van het volk. De trotse Galán begint zijn speeches op rustige toon. Met de borst vooruit zet hij vervolgens zijn woorden steeds meer kracht bij. Dit wordt versterkt door te variëren in intonatie. Zo wisselt hij af tussen rustig en snel praten en verheft hij regelmatig zijn stem om zijn woorden en zinnen (nog) meer kracht bij te zetten. Ook behoudt hij tussendoor de kalmte om kort een pauze in te lassen. Hierdoor komt hij even op adem en dringen de woorden nog beter door bij het publiek. Gedurende de gehele voordracht articuleert hij zeer duidelijk.  

Zijn handen zijn vaak gebald tot vuisten. De vuisten die het kwaad een definitieve knock-out toe moeten brengen.

Tijdens zijn presentatie kijkt hij ook veel en goed om zich heen. Galán kijkt niet enkel naar links of rechts, maar hij draait zichzelf regelmatig half om. Hij lijkt met iedereen in het publiek contact te willen maken. Daarnaast trekt Galán ook de aandacht door zijn (soms wat overdadig gebruik van) groteske (arm)gebaren. Hij beweegt zijn armen van boven naar beneden, van links naar rechts en wijst met zijn wijsvinger of platte hand. Zijn handen zijn ook vaak gebald tot vuisten. De vuisten die het kwaad een definitieve knock-out toe moeten brengen. Al het bovenstaande – spreken met stemverheffing, omgang met publiek, variëren in toon en lengtes, controle houden over de toespraak, het hanteren van een duidelijk volume en het gebruiken (en onder controle houden van) gebarentaal, beschrijft Leith in de hoofdstukken style (p. 119-121) en vooral in het hoofdstuk delivery (p. 174-177). 

Wellicht de belangrijkste vaardigheid van overdracht is: wees jezelf, en spreek uit je hart (p. 182). Het is haast een understatement om te stellen dat dit bij Galán – de zelfverworven stem des volks – wel goed zit. Wat zijn speeches extra overtuigend maakt, is dat hij tijdens de twee geanalyseerde voordrachten slechts sporadisch naar zijn geschreven speech kijkt. Galán kan zijn voordracht ogenschijnlijk helemaal onthouden en vloeiend afspelen. Hiermee beheerst hij Leiths onderdeel memory – het kunnen onthouden waarover hij praat - als een volwaardig spreker (p. 143-144). 

De beelden van zijn speeches laten zien dat Galán zijn publiek uitstekend bespeelt. Hij weet wie zijn doelgroep is, en hoe hij hen zo goed mogelijk aan moet spreken. Galán is zich bewust van zijn status als volksvertegenwoordiger. Hij speelt in op de behoefte en het gevoel van het volk. Dit maakt het nodige los bij de toeschouwers. Er komen veel reacties: mensen schreeuwen, juichen en klappen massaal tijdens zijn speeches. Het spreken van de taal van het publiek en het creëren van de juiste verwachting bij de doelgroep beschrijft Leith als de kern van de techniek style (p. 119-121). 

Verder valt op dat Galán zich presenteert als een van hen, als een van het volk. Dit is bijvoorbeeld terug te zien in zijn kledingstijl. Tijdens zijn meest bekende speech is hij casual gekleed in een broek met poloshirt. Wanneer hij spreekt bij het partijcongres is hij in pak. Om ouder te lijken, en daardoor betrouwbaarder over te komen, liet Galán op aanraden van zijn vrouw zijn snor staan (VPRO, 2014). Dankzij zijn voorkomen, het contact dat hij maakt met het publiek en het gegeven dat het publiek zich makkelijk kan identificeren met hem, maakt hij optimaal gebruik van ethos (p. 48-50). Ethos maakt, naast logos en pathos onderdeel uit van de techniek invention. Bij deze vaardigheid draait het vooral om het zo goed mogelijk aanspreken van de doelgroep (het publiek). Het tweede onderdeel dat genoemd wordt is logos. Logos richt zich op het pure argumenteren en op basis daarvan het publiek laten geloven wat de spreker vertelt. Pathos is het laatste onderdeel en houdt in dat het publiek in beroering gebracht dient te worden. Dit kan de spreker doen door in te spelen op de gevoelens van het publiek. Galán beheerst deze drie vaardigheden uitstekend. (p. 57-58).

Bevlogen speechende Galán tijdens een van zijn vele publiekelijke bijeenkomsten. 

De laatste techniek is arrangement: de opbouw van de speech. In Galáns toespraken zit opbouw, al is deze niet zo strikt als Leith deze omschrijft. Volgens de auteur bestaat een speech globaal uit zes onderdelen (p. 81-83):

  1. Exordium: de spreker zet zichzelf zo betrouwbaar mogelijk neer. Dit kan bijvoorbeeld door zich nederig op te stellen, of door een grapje te maken. De spreker dient meteen de aandacht van de toeschouwers te hebben.
  2. Narration: hier wordt kort het wie, wat, waar en hoe van de casus uiteengezet. Hier worden verschillende argumenten gedefinieerd. Neutraliteit wordt geveinsd.
  3. Division: op welke punten is de spreker het eens en oneens met zijn of haar tegenstander(s).
  4. Proof: het bewijs, de argumenten (logos) voor het standpunt worden verteld. Hierbij is het niet ongebruikelijk om getuigen in te zetten, of bekende namen of theorieën in te zetten.
  5. Refutation: de argumenten van de tegenstander worden weerlegd.
  6. Peroration: hier worden de sterkste argumenten nogmaals herhaald, samengevat en benadrukt. Daarnaast wordt hier vaak gebruik gemaakt van pathos.

Galán maakt gebruik van de introductie (exordium) en conclusie (peroration). Al het tussenliggende kenmerkt zich vooral als een charismatische aanval tegen corruptie en geweld. Hij probeert in zijn rede geenszins een neutrale blik te fingeren. De casus is zwart-wit: hij presenteert zich duidelijk als het goede, dat het opneemt tegen de kwaadaardige drugskartels. Alles wat Galán overbrengt is gekant tegen het heersende etablissement. Hierbij is duidelijk waar het om gaat (narration), op welke punten hij het oneens is met de huidige machthebbers (division), waar hijzelf voor staat (proof) en hoe het beter zou moeten (refutation). Hij ageert met name (indirect) tegen Escobar en diens Medellínkartel. Galán is de protagonist die het aandurft op te komen voor het volk. Hij heeft de intrinsieke motivatie zijn land vooruit te brengen en verandering teweeg te brengen. In wellicht zijn beroemdste speech argumenteert hij:

            We’re changing the conscience of the Colombian people, in order to progress, to acquire 
            dignity, and to know our rights, to not be an insignificant and secondary nation, to not be
            ashamed of presenting our homeland’s passport ever again!

            The dark and criminal power of drug trafficking came to our country like it did in more than
            sixty other countries. And since 1982 New Liberalism had seen the only political force in
            Colombia that has confronted that terrible adversary of society and the institutional
            organisation!

Hij eindigt met: ‘’For liberty, for justice, for democracy, for peace, always forward, no stepping back!’’

Helaas heeft Galán zijn retorische vaardigheden niet gedurende een langer tijdsbestek kunnen inzetten. Wat resteert zijn de gedachten, herinneringen en beelden aan deze ‘’orador por excelencia’’ (uitstekende speecher).
 

Galán als Publieke Intellectueel

Waar hiervoor is ingegaan op de rol die Galán heeft gespeeld in het Colombiaanse publieke debat, wordt in dit deel specifieker ingegaan op de publieke positie van waaruit hij het debat heeft beïnvloed. Dit gebeurt aan de hand van Odile Heynders’ boek Writers as Public Intellectuals: Literature, Celebrity, Democracy (2015). Hiermee zal worden onderzochtof Galán een publieke intellectueel (PI) is.  

Volgens Heynders dateert het begrip intellectueel uit de Renaissance. Al enkele eeuwen durven mensen zich vanuit een onafhankelijke rol kritisch te uiten op relevante politieke, sociale en ethische kwesties in het publieke debat. De term werd echter pas voor het eerst gebruikt tegen het einde van negentiende eeuw in Frankrijk. Wanneer een Joodse militair officier, Alfred Dreyfus, onterecht een levenslange gevangenisstraf krijgt wegens verraad, besluit een groep schrijvers, kunstenaars, journalisten en professoren zich te bemoeien met diens proces (Heynders, 2015, p.3). 

Pas sinds een aantal jaren wordt het begrip ‘publiek(e)’ toegevoegd aan intellectueel. Dit komt doordat de samenleving steeds medialer en populariserender wordt. De PI maakt tegenwoordig gebruik van een alsmaar groeiend scala aan media. Zowel offline, maar vooral online, met de snel groeiende sociale media (p.10). De PI vervult zijn rol ook steeds meer vanuit het publiek, in plaats van vanaf de zijlijn (p. 4). De basisprincipes zijn echter nog steeds waarneembaar in de huidige beschrijving van een PI: hij of zij dient actief deel te nemen aan het publieke debat, onafhankelijk stelling te durven nemen en daarbij een groot publiek aan te spreken (p. 3). Ook moet de PI de casus vanuit verschillende perspectieven kunnen bekijken (p. 141). Heynders beschrijft de publieke intellectueel als volgt:

The public intellectual intervenes in the public debate and proclaims a controversial and commited and sometimes compromised stance from a sideline position. He has critical knowledge and ideas, stimulates discussion and offers alternative scenarios in regard to topics of political, social and ethical nature, thus addressing non-specialist audiences on matters of general concern (p. 3).

Er zijn geen objectieve meetinstrumenten beschikbaar om vast te stellen of iemand een intellectueel is. Toch biedt Heynders, buiten de hierboven opgestelde criteria, een schema met vier dimensies dat gehanteerd kan worden om een PI te bestuderen (p. 21):

  • Culturele autoriteit:  de PI heeft culturele autoriteit, komt met vernieuwende ideeën en biedt nieuw perspectief op zaken die spelen binnen een samenleving.
  • Sociaal-culturele context: de PI is actief in een (inter)nationale, politieke, sociale en economische context. Daarbij hanteert hij of zij een duidelijke visie, binnen een specifiek kader, dat zowel geaccepteerd als bekritiseerd wordt.
  • Medialisering, voordracht en productie: wanneer de PI een onderwerp introduceert weet hij of zij de juiste retorische vaardigheden én media daarvoor in te zetten.
  • Esthetische performance: de PI presenteert zich als betrouwbaar (en charismatisch), waardoor (in de media) een persoonlijkheid gecreëerd wordt die invloed heeft op het publiek.

Galán mengt zich in het publieke debat, mede dankzij zijn bevlogen speeches. 

Aan deze voorwaarden van de PI voldoet Galán met verve. Er is echter een paradox aanwezig tussen de enerzijds onafhankelijke en onpartijdige houding die de PI dient in te nemen, en anderzijds de invloed die de PI vaak wenst uit te oefenen op de samenleving. Heynders heeft het in dit kader over de ‘’organische intellectueel’’ als onderdeel van de PI. Deze intellectueel verkondigt zijn boodschap via allerlei media, en geeft een stem aan een bepaalde groep mensen. Deze PI kan zodoende ook een rol in de publieke arena accepteren. Dit leidt tot de discussie of de PI wel een PI is, wanneer hij of zij niet meer zo onafhankelijk, en dus niet meer vanuit een bijrol, commentaar geeft op wat speelt in het publieke debat (p. 8).

Mijns inziens is de onafhankelijk geachte rol van de PI van groot belang. Iedere maatschappij heeft mensen nodig die vanuit een ander perspectief naar maatschappelijk relevante zaken kijken. Die zich durven te laten gelden, provoceren en kritiek uiten op heersende machthebbers. Toch hoeft het een het ander niet uit te sluiten. Ik sluit me aan bij Heynders, die stelt dat publieke intellectuelen, naast hun rol als PI, ook hun rol in de politieke arena moeten accepteren wanneer deze mogelijkheid zich aandient. Verantwoordelijkheid nemen is immers de eerste stap naar verandering. Heynders haalt in haar boek de eerste postcommunistische president van Tsjechoslowakije, Václev Havel, en de Peruaanse presidentskandidaat Mario Vargas Llosa (1990) aan. Zowel Havel, die in het begin van zijn carrière een welbekend schrijver van boeken en kritische artikelen was, en Llosa, eveneens schrijver en kritisch opiniemaker, waren eerst actief vanuit een onafhankelijker geachte rol waarna ze zich toelegden op de politiek (p. 8). Eenzelfde route heeft Galán afgelegd.  

Het enige onafhankelijke perspectief dat Galán eind jaren '80 kon bieden, als tegenhanger van het slechte, was het geweldloze goede.

Naast dat hij in ongeveer dezelfde periode als beide hiervoor genoemde heren politiek actief was, heeft Galán voordat hij de politiek in ging zich allereerst gemanifesteerd als een zeer gewaardeerd journalist. Vanwege de politieke situatie in zijn land besloot hij zich uiteindelijk actief te gaan mengen met de toenmalige politiek. Zijn onafhankelijkheid kan dan ook betwist worden, omdat hij tijdens zijn jaren als journalist al betrokken geraakt was bij de Liberale Partij. Dit geldt ook voor de voorwaarde dat een PI de casus vanuit verschillende perspectieven dient te beschouwen. Beide argumenten zijn echter te weerleggen wanneer de politieke context van Colombia gedurende de laatste twee decennia van de vorige eeuw in acht wordt genomen. Hoe onafhankelijk, en vanuit hoeveel verschillende perspectieven kan een PI de zaken bekijken, wanneer zijn land langzaam maar zeker ten onder gaat aan bloedvergieten en corruptie? Colombia was een zwart-witte natiestaat. Het enige onafhankelijke perspectief dat Galán eind jaren '80 kon bieden, als tegenhanger van het slechte, was het geweldloze goede.
 

Galán: een echte publieke intellectueel

Tegen de achtergrond van het gewelddadige (politieke) Colombiaanse landschap in de laatste twee decennia van de vorige eeuw gebruikt Luis Carlos Galán zijn retorische vaardigheden om zijn boodschap van nationale trots, en hoop op een betere toekomst over te brengen. Aan de hand van Leiths retorische technieken lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat Galán een geboren spreker is. In zijn combinatie komen zijn bevlogenheid, charisma en sterke persoonlijkheid vlekkeloos samen. De minpunten van zijn speeches, zoals het gegeven dat hij wat onrustig over kan komen en dat de opbouw van zijn speeches wat minder gestructureerd is dan als ideaal wordt gezien bij Leith, worden al snel naar de achtergrond verdrongen door de manier waarop de overdracht plaatsvindt. Hij bespeelt op effectieve wijze zijn publiek en lijkt alles te onthouden. Daarnaast maakt hij erg goed gebruik van ethos, pathos en logos binnen zijn voordrachten. Dit alles maakt hem tot een geboren redenaar.

Galán kan eveneens gedefinieerd worden als een publieke intellectueel. Hoewel Heynders (2015) voornamelijk gericht is op schrijvers, en vooral ingaat op wat het heden ten dage inhoudt een publieke intellectueel te zijn, biedt ze genoeg aanknopingspunten om Galán te kunnen plaatsen in het publieke debat van 25 jaar geleden. Galán had een zeer actieve rol binnen het publieke debat en bood een nieuw perspectief op wat er speelde in de Colombiaanse samenleving. Hij zorgde ervoor dat hij betrouwbaar overkwam; mede daardoor sprak hij een groot publiek aan. Hij was in staat om duidelijk te argumenteren en durfde een standpunt in te nemen en dat te verdedigen. Hiertoe schuwde hij het gebruik van de juiste retorische vaardigheden en de juiste media niet. Door al deze zaken voldoet Galán met verve aan de definitie van een publieke intellectueel.

 

Referenties

Abbing, R. R., & Haenen, M. (1993). Dood van Escobar maakt geen einde aan cocaïnehandel. NRC Handelsblad

AP. (1982). CONSERVATIVE LEADS IN COLOMBIAN VOTE. The New York Times

AP. (2014). Hoofd moordleger Escobar weer vrij. NRC Handelsblad. Geraadpleegd van

AP. (2015). Colombia's ex-intelligence chief on trial over murder of presidential contender. the Guardian

BBC. (2015). Colombia general on trial over Luis Carlos Galan murder. 

Bedoya, N. (2014). Colombia marks 25th anniversary of Galan’s assasination

Corbett, C. (2014). Luis Carlos Galan. 

Galán Pachón, J. M. (2011). Luis Carlos Galán: "No reconozco enemigos dentro del Partido Liberal" [Video]. 

Goni, U. (2009). How Pablo Escobar's son atoned for the sins of his father. the Guardian

Harvey, C. (2015). The terrible reign of cocaine king Pablo Escobar. the Telegraph

Heynders, O. (2015). Writers as Public Intellectuals. doi:10.1057/9781137467645

Leith, S. (2012). You talkin’ to me?: Rhetoric form Aristotle to Obama. Londen, Groot Brittannië: Profile Books Ltd.

NRC. (2009). Leger naar Medellín na golf aan moorden. NRC Handelsblad

Riding, A. (1986). MAN IN THE NEWS; COLOMBIAN VICTOR: VIRGILIO BARCO VARGAS. The New York Times.

Schumacher, E. (1982). NO MAJOR VIOLENCE IS REPORTED AS COLOMBIANS VOTE. The New York Times

Semana. (2014). Orador por excelencia [Video]. 

Stone, R. (1997). The Autumn of the Drug Lord. The New York Times

ValenciaH. (2016). Luis Carlos Galán speech - English subtitles [Video]

VPRO. (2014). Kroniek van een onaangekondigde dood [Video]